OVER EDUX

Nieuws

De kracht van goed onderwijs - Een goede leerkracht in de groepen 1 en 2

14 april 2021

We leven in een dynamische wereld, elke dag is anders. Elk kind moet alle kansen krijgen om zichzelf optimaal te ontwikkelen. Aandacht voor diverse facetten van de ontwikkeling is hierbij essentieel. Deze keer richten wij ons op ‘een goede leerkracht in de groepen 1 en 2’

 

Om kinderen en jongeren de kans te geven om zich te ontwikkelen en hun talenten te benutten, zijn sterke professionals nodig. Deskundige vaardige mensen. Uit herhaalde onderzoeken naar onderwijsinterventies blijkt dat de leerkracht er écht toe doet. Sterk leerkrachthandelen kan het verschil maken, niet alleen op het gebied van de didactische vaardigheden, maar ook op het gebied van de executieve functies, de sociaal-emotionele ontwikkeling, en ga zo maar door.

de ontwikkeling van het jonge kind

Jonge kinderen zijn intrinsiek gedreven wezentjes. Zij willen het liefst direct handelend actief aan de slag met zaken die in het hier en nu zijn en hun interesse werken. Ze leren dus door te doen. Vanaf 4-jarige leeftijd kenmerkt het leren zich door (Stichting BKK, z.d.):

  • Kijken en imiteren
  • Uitproberen en ontdekken
  • Herhalen en oefenen


Wie werkt met jonge kinderen moet dus kunst van het aanspreken van de intrinsieke motivatie verstaan. Dat betekent concreet dat noodzakelijke didactische vaardigheden rondom het jonge kind gaan over het kennen en beheersen van speldidactiek. Daarnaast moet je werken vanuit een sterk en beredeneerd aanbod. Een aanbod dat wel de zone van de naaste ontwikkeling aanspreekt, ook wanneer je pas in februari in groep 1 instroomt of wanneer je halverwege groep 1 al blijkt te kunnen lezen bijvoorbeeld.

Zone van naaste ontwikkeling

Het gebied tussen het niveau wat het kind beheerst (een kind kan de activiteit al zelfstandig uitvoeren) en het niveau wat het meest nabij in ontwikkeling ligt (het kind heeft nog ondersteuning nodig). Activiteiten die in de zone van naaste ontwikkeling liggen bieden uitdagingen en kansen om het kind verder te brengen.



het kleuterbrein

Om het leren van kleuters nader te bestuderen is het van belang het kleuterbrein beter te begrijpen. Na de primaire sensorische gebieden - de taalgebieden en de motorische gebieden - ontwikkelen zich rond vierjarige leeftijd geleidelijk de ‘associatiegebieden’. Er vindt een samenvoeging plaats van kijken, luisteren, taal, motoriek enzovoorts en kan een kind aanvankelijk leren lezen, rekenen en schrijven. Als laatste ontwikkelen zich de prefrontale gebieden die met motivatie, oordeelsvermogen en redeneren te maken hebben.

In de wisselwerking tussen hersenontwikkeling en de stimulans vanuit de omgeving is het belangrijk dat er rekening wordt gehouden met de verschillende leergevoelige perioden in de hersenen. Trainen en stimuleren is van belang om de ontwikkeling te stimuleren, maar het heeft juist geen zin om met scholing en training van bepaalde vaardigheden te beginnen (bijvoorbeeld lezen en schrijven) als de hersenen daar nog niet aan toe zijn.

In de kleuterleeftijd zijn de meeste grote ontwikkelingsdomeinen in het brein aangelegd; de sensorische domeinen (kijken, luisteren) en de taal en motorische gebieden. De mate waarin deze zijn aangelegd is afhankelijk van de mate waarin ouders/verzorgers en professionals de kinderen hierin hebben laten oefenen. Naast dat ieder kind zijn eigen genetische bouwplan heeft is dus ook een kwestie van trainen en stimuleren (Goorhuis, 2018).

een duidelijke werkwijze

De professional werkzaam in de groepen 1 en 2 moet beschikken over kennis van de ontwikkelingslijnen, met de daaronder liggende leerlijnen, op basis waarvan hij/zij een (zoals hierboven benoemde) beredeneerd aanbod creëert passende bij de doelgroep en hun ‘zone van de naaste ontwikkeling’. Op basis van dit beredeneerde aanbod zal de professional zichzelf als didactisch instrument kunnen inzetten; de leerkracht die instrueert, modelt en/ of gericht evalueert. Daarbij is het van belang dat de leerkracht niet activiteitgericht te werk gaat maar doelgericht. De activiteit kan een kind immers middels zijn of haar intrinsieke motivatie wel zelf ontwerpen. Er is dus in elke kleuterbouw vraag naar heldere leerlijnen met concrete tussendoelen verdeeld over de 5 periodes van ieder schooljaar. Dit aanbod vormt de basis van het onderwijs op jouw school en moet dus glashelder zijn.

de inrichting

De ruimte waarin kleuters zich begeven moet een ruimte zijn die ontwikkeling bevorderend is, de zogenaamde verrijkte omgeving. Een verrijkte omgeving is volgens Erik Scherder (de bekende Nederlandse hoogleraar neuropsychologie) te typeren als een omgeving die steeds nieuw en prikkelend is en kinderen voor complexe uitdagingen stelt.  Echter moeten we niet vergeten dat kleuters ook leren door herhalen en oefenen. Er moet dus een mooie wisselwerking zijn tussen vaste fundamenten in de groep en wisselende uitdagende variabelen.  In veel kleutergroepen is de omgeving in de loop der jaren verarmt en mist de inrichting visie en afstemming. Hierdoor hebben kinderen in de ene groep grotere ontwikkelingskansen dan de anderen puur en alleen door de verschillen in aandacht en zorg voor de materialen.  

Tips voor het versterken van jouw onderbouw:

  • Vergroot je kennis en vaardigheden met betrekking tot de didactiek op spel;
  • Werk vanuit een sterk en beredeneerd aanbod passend bij je schoolweging en referentieniveaus;
  • Laat geen twijfel bestaan over de werkwijze in de onderbouw op jouw school ;
  • Investeer in het verrijken van de inrichting binnen én buiten.

De adviseurs van Edux weten vanuit onderzoek en vanuit praktijkervaring wat wel (en niet) werkt en welke factoren een positief effect hebben op zowel de sociaal-emotionele als de cognitieve ontwikkeling van het kind. Daarom denkt Edux graag met je mee. Door onze ruime ervaring in het begeleiden van processen en planmatig werken bouwen we graag met scholen een plan op maat. Samen maken we keuzes op basis van bijvoorbeeld een trend in leerresultaat of een waargenomen gedragsverandering bij de kinderen om vervolgens een passende  interventie te bepalen. Natuurlijk staat de leerkracht hierbij centraal!

 

Nationaal-Programma-Onderwijs.jpg 

MEER WETEN? 

Wil je meer weten over goed onderwijs of over de mogelijkheden voor inzet rondom het Nationaal Programma Onderwijs? Stel je vragen aan een van onze adviseurs.

 

DOWNLOAD ARTIKEL ALS PDF